Planten stekken: zo doe je het!

Planten stekken: zo doe je het!

Planten stekken is helemaal hip & duurzaam. Door te stekken kan je gemakkelijk nieuwe kleine plantjes maken. Ideaal dus om je plantenfamilie uit te breiden. In dit artikel geven we tips hoe je op een hele gemakkelijke manier je favoriete plantjes stekt.

Plantjes stekken is niet alleen heel gemakkelijk, het ziet er ook superleuk uit. Een urban jungle creëer je gemakkelijk door alle gewortelde glaasjes op een wandplank te zetten. Niet alleen leuk voor het oog, maar wie weet ontdek je met het stekken ook wel een nieuwe hobby. Het is ontzettend leuk om te zien hoe je mini-plantjes iedere dag groeien en wanneer er nieuwe bladeren verschijnen. Lijkt planten stekken je superleuk? Maar weet je niet waar je moet beginnen? We’ve got your back!

Planten stekken doe je zo

Het ziet er misschien ingewikkeld uit, maar dat is het zeker niet! Planten stekken kan heel gemakkelijk zijn, al ligt dat natuurlijk wel aan welke plant je uitkiest. Ben je een beginnende stekker? Ga dan voor een plant die gezond en makkelijk te onderhouden is. Dit zijn vaak planten die zowel tegen uitdroging als te veel water kan (onderaan dit artikel hebben we een lijstje opgesteld met de makkelijkste planten om te stekken!) Daarnaast kan je het beste plantjes gaan stekken in het groeiseizoen als er genoeg zon en warmte is voor de planten om te kunnen groeien. Het groeiseizoen loopt van maart/april tot september/oktober. Stekjes hebben indirect zonlicht nodig om te kunnen groeien, zet ze daarom niet op een donkere plek.

Hoe je de plant moet stekken, is afhankelijk van hoe de plant groeit. Sommige planten groeien zelf al stekjes uit de moederplant en sommige planten moet je stekken in water om er een nieuwe plant van te kunnen maken. In elk geval is het belangrijkste dat de plant genoeg wortels heeft voordat je deze in een potje met aarde zet. Doe je dit niet, dan zal je plant gaan rotten. Er zijn overigens ook planten (zoals vetplanten en cactussen) bij wie dit niet hoeft.

Met deze vier gemakkelijke stappen krijg je planten stekken onder de knie:

  1. Herken de soort plant
  2. Afsnijden van de stek
  3. Wortelen
  4. Wachten, wachten en wachten!

1. Herken de soort plant

De eerste stap in het stekken van je plant is dat je de soort stek herkend, dit is namelijk afhankelijk van hoe je de plant het beste kunt gaan stekken. Hieronder hebben we de meest veelvoorkomende soorten op een rijtje gezet:

2. Afsnijden van de stek

Wanneer je weet welke plant je wilt gaan stekken en hoe de stekjes groeien, is het tijd om deze af te snijden of te verwijderen van de moederplant. Dit is wederom afhankelijk van welke plant je wilt stekken. Het afsnijden van een stekje is een van de belangrijke dingen in het stekproces, zorg daarom altijd voor schoon materiaal en ontsmet je gereedschap voor je begint.

Afsnijden van de stam

Wanneer het stekje los van de stam groeit (zoals bij een pannenkoekenplant of bananenplant) verwijder je eerst de pot en probeer je het stekje zoveel mogelijk uit te graven. Zorg ervoor dat je alle wortels van de stek zo goed mogelijk beschermd. Pak vervolgens een mesje en snijd de stek van de moederplant af. Het liefst zo dichtbij de stam als mogelijk. Afhankelijk van hoe groot de wortels zijn kan je de stek in een nieuw potje met aarde zetten.

Afsnijden van een stengel

Bij sommige planten herken je al snel hoe je ‘m kan stekken. Dit herken je namelijk aan de luchtwortels naast de blaadjes. Snij de plant 2 centimeter onder de luchtwortel af. Op zo’n manier dat de luchtwortel onder water komt te staan en hier nieuwe wortels uit kunnen groeien. Het ideale stekje is ongeveer 10 tot 15 centimeter lang bij een stengel. Wanneer je je stekjes groter maakt is het voor de plant moeilijker om nieuwe bladeren aan te maken en is de kans dus kleiner dat er nieuwe bladeren aan gaan groeien.

Afsnijden van losse bladeren

Veel vetplanten kun je al stekken met een enkel blaadje. Vaak hoef je deze blaadjes niet eens af te snijden, maar vallen ze er al vanzelf vanaf. De blaadjes kun je los op de aarde leggen waardoor er wortels ontstaan en de grond in groeien.  

3. Wortelen

Nadat je het stekje hebt afgesneden is het tijd om de plant te gaan wortelen. Het stekje moet altijd eerst wortels hebben voordat je ‘m in een nieuw potje met aarde kan zetten. Heeft jouw stekje al wortels omdat je deze hebt afgesneden van de moederplant? Dan kan je deze stap overslaan en ‘m direct in een nieuw potje met aarde zetten.

Stekken in water

Stekken in water gaat het makkelijkste met een afgesneden stengel met luchtwortels eraan. Wanneer je de luchtwortels onder water zet groeien er namelijk nieuwe wortels uit en kan de plant groeien. Zorg dat de bladeren het water niet raken, want daardoor kunnen ze gaan rotten.

Stekken op aarde

Vooral vetplantjes kun je stekken op aarde. Laat deze plantjes wel even eerst een weekje rusten op keukenpapier voordat je deze in de aarde legt, dit voorkomt het rotten.

4. Wachten, wachten en wachten

Sommige stekjes wortelen binnen een week, andere kunnen er maanden over doen. Zodra de balderen niet geel zijn of er verlept uitzien is de plant nog druk bezig om de wortels te ontwikkelen.

Wanneer je wortels lang genoeg gegroeid kan je deze verpotten in de aarde. Houdt hierbij een maatstaf aan van minimaal 10 centimeter bij grote planten en minimaal 5 centimeter bij kleine. Wanneer je de plant hebt verpot naar de aarde moet je er altijd voor zorgen dat de aarde in het begin zeer vochtig blijft. Het is namelijk een groter omschakeling voor een plant om van maanden in water naar aarde om te schakelen.

Makkelijkste planten om te stekken

  • Pannenkoekenplant: in het Engels wordt de pannenkoekenplant de friendship plant genoemd omdat deze zo makkelijk stekjes kan maken. De pannenkoekenplant geeft zelf meerdere stekjes af waardoor je minder werk hoeft te doen
  • Philodendron: Als tweede op de lijst deze hele makkelijke plant. De plant groeit snel en staat super leuk op water door de vele wortelen die eruit groeien. Wil je van deze plant een nieuwe plant maken? Maak dan meerdere stekjes zodat je meerdere stengels hebt.
  • Aloë Vera: net als de pannenkoekenplant vormt deze plant zelf nieuwe, kleine plantjes. Deze kunnen dus makkelijk verpot worden. Laat de Aloë Vera wel eventjes een dagje drogen voordat je deze verpot.
  • Monstera: ook een bekende, de Monstera. De Monstera is ook zeer makkelijk te stekken door de luchtwortels en staat leuk in een potje met water.
  • Graslelie: zoals te zien in de afbeelding bovenaan dit artikel is de graslelie een van de makkelijkste planten om te stekken. Dit komt omdat deze plant (net als de pannenkoekenplant) zelf stekjes creëert.